glasnegatieven
Bij het digitaliseren van glasnegatieven volgen wij de richtlijnen Digitisation of photographic materials (pdf) van het Nationaal Archief. (Hoofdstuk 4: Film-based negatives and glass plate negatives...) De richtlijnen beschrijven een scanproces dat controleerbaar is gemaakt met behulp van een serie gecalibreerde targets (film-testkaarten). Daarmee worden bijvoorbeeld de contrastweergave, scherpte en uniforme uitlichting gewaarborgd. De opnameresolutie wordt in functie van de negatiefgrootte bepaald.
Glasnegatieven worden van rand tot rand gedigitaliseerd. Dat wil zeggen dat ook de uiterste randen in het digitale beeld zichtbaar blijven. Achtergrond daarvan is dat in de marge van het negatief door de fotograaf vaak aanduidingen werden geschreven die belangrijke metadata kunnen bevatten.
Bij het digitaliseren worden de glasnegatieven op dunne stiftjes opgelegd. Daardoor is er geen contact met andere materialen.
Glasnegatieven zijn soms onder- of overbelicht. Na digitalisering kan onder- of overbelichting met heel goede resultaten gecorrigeerd worden.
Van elk glasnegatief worden twee bestanden afgeleverd:
- een onbewerkte digitale reproductie van het negatief, als zuivere representatie van het origineel (masterbestand voor archivering)
- een tot positief beeld geïnverteerde afbeelding, waarbij contrast en helderheid zijn aangepast (digitale afbeelding voor dagelijks gebruik)